foto: bij de Koteel  

Matslema - מַצְלֵמָה

Bij de Kotél (de muur die ten onrechte Klaagmuur wordt genoemd) wemelt het vaak van mensen. Vooral als er iets bijzonders te doen is, zoals bij een Bar Mitzwa, verdringen aanwezigen zich om plaatjes te kunnen schieten. Tussen bezoekers met moderne, digitale foto en videocamera's scharrelt een oud mannetje rond. Met zijn Polaroid, die het nog best doet, maakt hij voor een paar shekel een direct-klaar-foto van je, tegen de achtergrond van het tempelplein. Klandizie heeft hij allang niet meer. Zelf neem ik al tijden geen camera meer mee als ik door Jeruzalem dwaal. Ik wil niet meer dat gevoel hebben, dat ik aapjes aan het kijken ben. Vooral als mensen uitdrukking geven aan hun geloof, zoals bij de Klaagmuur, vind ik respectvolle afstand wel op z’n plaats.


Beelden hebben ook teveel macht. Joris Luyendijk heeft dat vorig jaar mooi beschreven in zijn boek Het zijn net mensen. De media reduceren complexe zaken tot hapklare verhalen en bijpassende beelden. Al het andere wordt weggeknipt. Als toerist doe je in feite hetzelfde. Je selecteert de beelden die je aanspreken, bewaart de foto’s die scherp, duidelijk en mooi zijn of die precies weergeven wat je wilt. Al het andere gooi je gewoon weg.


Deze week bezocht ik samen met anderen Hebron, de stad van de aartsvaders, waar een kleine groep Joodse settlers het centrum in een wurggreep houdt. Internationale peacemakers proberen op te komen voor de Arabische bevolking, die regelmatig lijdt onder kleine pesterijen of grof geweld. Daarachter gaat de wens schuil om het centrum van Hebron en ooit misschien wel de gehele stad te beheersen. Een Israëlische mensenrechten­organisatie heeft overal video­camera’s opgehangen, die het onrecht in beeld moeten brengen en het bewijs­materiaal moeten leveren voor rechts­zaken tegen de daders. Een project met de naam Shooting back.


Op gelijke wijze wordt bewijsmateriaal verzameld in de stad Arad, zo ontdekte ik deze week. De situatie is er echter geheel anders. Hier wordt een kleine gemeenschap van Joodse en niet-Joodse christenen belaagd door ultra-orthodoxe Joden. De beschuldiging luidt met name dat de groep uit zendelingen zou bestaan, en ten onrechte beweert, dat iemand Joods kan zijn en in Jezus Messias kan geloven. Treiterijen, vernederingen en lastering zijn aan de orde van de dag.

Een paar opmerkingen van de voorganger van de christelijke gemeente in Arad troffen me. Het gedrag van zijn belagers is zo beneden elk peil, zei hij, dat men zelfs niet meer om de eigen waardigheid geeft. Er wordt geschreeuwd, er wordt beschimpt en gemanipuleerd. Elke vorm van gewoon contact of een gesprek wordt vermeden. Illustratief daarvoor zijn de oordopjes die men indoet om ervoor te zorgen, dat niets van wat de ander zegt door kan dringen.


Het Hebreeuwse woord voor fototoestel, matslema, is afgeleid van de stam ts-l-m. Die stam kennen we vooral uit Genesis 1:27, waar staat dat de mens geschapen is betselem Elohiem, ‘in/naar het beeld van God’. Ieder mens weerspiegelt iets van de Schepper. Dat is zijn waardigheid. Niet voor niets heeft de eerder genoemde mensen­rechten­organisatie voor de naam Betselem gekozen.

Onze matslemot kunnen haarscherp, maar genadeloos selecteren en vastleggen wat ons oog ziet. Het is geen kunst om plaatjes te schieten, die onze vooroordelen of wensdromen bevestigen. Veel lastiger is het om de a/Ander in beeld te krijgen.