studiereis > verslag > mei 2008

Zie ook de foto’s

‘Kennismakingsreis’ in mei 2008

Dinsdag 20 mei


Na onze laatste overnachting in hotel Caesar vertrekken we rond 8 uur richting Jericho.

Het is weer een drukte van belang in de Jaffastraat, die dwars door de orthodoxe wijken loopt. Wanneer ik de bussen en straten vol schoolkinderen en naar hun werk spoedende orthodoxe gelovigen zie, gaan mijn gedachten uit naar de angstige momenten die zij afgelopen jaren beleefd hebben en de doden die zijn gevallen bij de aanslagen op bussen en markten.

We rijden Jeruzalem uit. Al snel ‘dalen we af’ naar Jericho en naderen de diepste plaatsen van de aarde. We rijden op de weg die Jezus noemt in de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan, de weg ‘die afdaalde van Jeruzalem naar Jericho’.

Op de uitgedroogde bergen zie je hier en daar een bedoeïenentent en schapen en geiten en kamelen lopen met herder. Intussen houdt Karin Kreijkes de dagopening en we zingen heel toepasselijk ‘de Heer is mijn Herder’. Karin memoreert Lucas 2:40-52 dat eindigt met: ‘En Jezus nam toe in wijsheid en grootte en genade bij God en mensen.’ Ook wij mogen met de gezindheid van een kind in Gods Wijsheid groeien en het bemoedigt ons dat de Here Jezus ons daarin is voorgegaan.


Na het passeren van een checkpoint komen we in een gebied met kibboetsiem waar o.a. ook zonnebloemen worden verbouwd. Zo wanen we ons een beetje in Frankrijk.


Voor Nazareth stapt Ron Bouter in, een Nederlandse gids die 15 jaar geleden is getrouwd met een Israëlische en sindsdien in Israël woont. Hij heeft geschiedenis gestudeerd en werkt als gids.

Maarten DekkerDe groep heeft als voorkeur een bezoek aan een soort openlucht museum gegeven, waar te zien is hoe Nazareth er 2000 jaar geleden ongeveer heeft uit­gezien. Dit i.p.v. de zoveelste kerk die op een (dikwijls vermeende) heilige plaats is gebouwd.

Maarten Dekker, woonachtig in Nazereth en uitgezonden door het deputaatschap Israël van de Gereformeerde Gemeenten, was onze tijdelijke gids in Nazareth Village. Maarten heeft ons op deskundige wijze rondgeleid en we hebben veel in de bijbel geschetste situaties mogen aanschouwen en hebben de betekenis daarvan beter leren kennen.

kruisWat mij bijzonder opviel was een kruis uit de Romeinse tijd. De doodstraf vond plaats door steniging of door kruisiging. Dit kruis zag er niet zo mooi gepolijst uit zoals dikwijls wordt afgebeeld. Het is kleiner dan ik had verwacht. Het bestond uit een boomstam met een dwarsbalk (die door de veroordeelde werd gedragen. Jezus droeg in feite alleen de dwarsbalk). Die dwarsbalk werd met touw vastgemaakt aan de paal of stam die al op de plaats van kruisiging stond. Een klein dwars balkje halverwege was niet bedoeld om even op te rusten, maar om het lijden te ver­ergeren. Om te kunnen ademen moest de gekruisigde n.l. van dat dwarsbalkje weer omhoog komen. Niet op een mooi glad gepolijst kruis hoogverheven boven de mensen, maar op een schamel maar effectief martelwerktuig van hooguit 2 meter bracht onze Heiland Verzoening tot stand tussen God en mens!

kleding zoals in bijbelse tijdeen timmermanIn het ‘dorp’ zag je een dorsvloer, een wachttoren, een synagoge (nagemaakt naar een voorbeeld van Massada), een waterput, een olijfpers en een timmermans­werkplaats met gereedschap uit bijbelse tijden. In die tijd was de synagoge meer een gemeenschapshuis waar op de sabbat de Tenach werd gelezen maar waarin men voor de bijbelse feesten ‘opging’ naar Jeruzalem.

Allerlei figuranten liepen rond of verrichten hun ‘werk’; van een spinster, een timmerman, tot een bewaker van een wijngaard. Ik werd bijzonder getroffen door de blijde herkenning op het gezicht van onze Arabisch spinster, toen wij haar vertelden dat wij net als zij ook christenen waren. Een zeer leerzame rondleiding en vooral ook door de toelichting van Maarten werden bijbelse zegswijzen en beelden die Jezus gebruikte zichtbaar en betekenisvoller voor ons. Het huidige Nazareth is een middel­grote plaats, waar de Arabisch christelijke minderheid krimpt t.o.v. een fundamen­teler wordende islamitische Arabieren. Er wonen in totaal ongeveer 25000 Arabische en 45000 Joodse Israëli.

Na een maaltijd, klaargemaakt volgens oud bijbels recept vertrokken we naar de berg Tabor. Inmiddels werd de taak van Maarten Dekker weer overgenomen door Ron Bouter.


We rijden door ‘het Galilea der volken’, een gebied waar altijd veel minderheden hebben gewoond volgens Ron. Hoe verder van het machtscentrum, hoe makkelijke kon men zich schuilhouden. Het is vanaf bijbelse tijden al een gebied waar veel voedsel wordt verbouwd vanwege de vruchtbare grond. We bezoeken de berg Tabor, een mooie gelijkmatig half­ronde berg met daar bovenop een klooster en kerk der Franciscanen. De bus kan maar halverwege komen en we reizen verder met kleine busjes. Het is zeer heet op de top, maar de kloostertuin ligt er fris en goed onderhouden bij.

Michael Mulder leest Marcus 9:2-9 voor, de verheerlijking op de berg. Wat mij in dit gedeelte aansprak is het feit dat Mozes als vertegenwoordiger van de Thora en Elia als vertegenwoordiger van de profeten aanwezig waren en dat de Vader daarmee aangeeft dat het oude verbond al op de beloofde Messias en Verlosser wijst. Doordat Elia en Mozes en Jezus verdwijnen in de wolk en alleen Jezus weer in zijn aardse gedaante verschijnt, maakt de Hemelse Vader aan de discipelen duidelijk dat zij nu vooral de Here Jezus moeten volgen. Een stem die zegt: ‘Deze is mijn Zoon, de geliefde, hoort naar Hem. En opeens rondkijkende, zagen zij niemand meer bij zich dan Jezus alleen.’ Dan volgen zij de Here Jezus naar het dal, want Zijn taak op aarde was toen nog niet volbracht.


We rijden naar onze volgende bestemming, de kibboets Lavi. Onderweg vertelt Ron Bouter iets over het gebied en dat we nu op de meermalen in de Bijbel genoemde ‘weg der zee’ rijden of ‘via Maris’ zo door de Romeinen genoemd. Een eeuwenoude handelsroute en weg voor soldaten, die begint in de Nijldelta en via Megiddo naar Galilea gaat en zich daar opsplitst in meerdere wegen.

MarcWij arriveren in kibboets Lavi en worden gastvrij onthaald met een koele dronk. Spoedig arriveert onze gids door de kibboets: Marc Walg. Marc is op 26 jarige leef­tijd vanuit Nederland naar deze kibboets gekomen om er als landbouwkundige te wonen en te werken. Hij is inmiddels getrouwd met een dochter uit het grootste gezin in de kibboets en samen met hun kinderen leven zij er heel gelukkig.

Om toegelaten te worden dient men de vanuit de Thora en traditie voorge­schreven leefregels na te leven (613 geboden en verboden). De kibboets heeft een hotel waar volledig de spijswetten worden nageleefd en daarom veel orthodoxe Israëli’s tot haar bezoekers rekent. Verder leven zij van veehouderij en landbouw en maken ze meubilair voor synagogen.

Kibboets Lavi is in 1949 gesticht op een kale heuvel door vijftig religieuze pioniers en sindsdien is het een oase van 1200 hectare geworden met uitzicht over Galilea. Vanaf de heuvel kunnen we in de verte, hoog Galilea, het Hermongebergte, het meer van Galilea en de Golan zien. Inmiddels telt de kibboets 680 personen, waarvan 340 leden en 90 kandidaat leden. Aan de kinderen wordt op hun achttiende gevraagd of zij ook lid willen worden en zich aan de afgesproken regels willen houden. Wanneer ze lid willen worden en in de kibboets blijven, gaan ze apart van hun ouders wonen, moeten ook in militaire dienst en mogen gratis studeren. Ieder gezin krijgt per jaar 20.000 shekel (ongeveer 4000 euro) voor kleding en om persoonlijke dingen te kopen.


Na deze leerzame rondleiding vertrekken we naar Nes Ammim en arriveren daar tegen het avondeten. Nes Ammim ziet er groen met veel bloeiende bomen en goed verzorgd uit. Onze koffers worden naar de hotelkamer gebracht en we kunnen ons kort opfrissen voor de maaltijd.

Simon Schoon’s Avonds krijgen we een lezing van Simon Schoon over het ontstaan en de gedachte achter Nes Ammim. De naam betekent ‘teken voor de volken’ (Jesaja 11:10) In de folder staat: ‘Nes Ammim is een teken van solidariteit met het Joodse volk. De geschiedenis van Joden en christenen telt vele zwarte bladzijden. Nes Ammim wil proberen een nieuwe bladzijde op te slaan.’

Simon Schoon benadrukte dat Nes Ammim geen evangeliserende taak heeft. Zij willen als christenen het Joodse volk ten dienste staan, aanvankelijk door econo­mische hulpprogramma’s en te luisteren en beschikbaar te zijn voor het Joodse volk. Mede door de afname van vrijwilligers, maar ook omdat Israëli’s het overnamen, is de rozen- en avocadokwekerij beëindigd en zijn gebouwen verhuurd. Andere activiteiten hebben zich nu meer ontwikkeld: studieprogramma’s voor christenen om het Jodendom te leren kennen. Verder runt Nes Ammim ook een hotel en organiseert zij ontmoetingen tussen Joden, Arabieren en christenen met als doel begrip voor elkaar, maar ook verzoening tot stand te brengen (‘bruggen bouwen’).


Na met elkaar nog onze indrukken van deze enerverende dag te hebben besproken, sluiten we met zang en gebed.

Martin Haas

> Dinsdag 21 mei