Gespreksvragen bij hoofdstuk 2 (blz. 38-61) van Hoop voor Israël. Perspectieven uit Handelingen

Pinksteren als feest van verbondsvernieuwing

De Joodse achtergrond van het Pinksterfeest - Handelingen 2:1-11


  1. Welke plaats heeft Israël tijdens de viering van het Pinksterfeest in uw gemeente? Wat herinnert u zich van kerkdiensten en hoe hebt u dat voor uzelf ervaren?

  2. Hoe verklaart u het dat in veel kerken de relatie met het Jodendom zo’n marginale rol speelt, ook tijdens de christelijke feesten?

  3. Op welke wijze zou in uw situatie meer recht gedaan kunnen worden aan de onverbrekelijke relatie tussen Joods Sjavoe’ot en christelijk Pinksteren? Reik enkele suggesties aan en betrek daarbij naast de eredienst ook de gezinsgodsdienst en catechese.

  4. Wat vindt van de gedachte om tijdens het Pinksterfeest ook het element van verbondsvernieuwing een plek te geven. Wat is volgens u de waarde daarvan en waar ziet u eventuele valkuilen?

  5. De viering van Pinksteren in het licht van Joods Sjavoe’ot vraagt aandacht voor de levensheiliging. Volgens sommigen leidt een dergelijke heroriëntatie op het Jodendom bijna automatisch tot judaïsering van het christelijk geloof. Deelt u deze vrees? Wat is volgens u het eigene van de christelijke levensheiliging (lees 1 Kor. 1:30 en Gal. 5)? Waar liggen volgens u leerpunten in het Jodendom en waar gaan de wegen in dit opzicht uiteen?

M. van Campen

< >