Verbondenheid met Israël, onopgeefbaar?
Debat op 4 december 2007


Op 4 december 2007 werd in de CHE een debatavond georganiseerd over de vraag: hoe onopgeefbaar is onze verbondenheid met Israël? Directe aanleiding daartoe was de bespreking van de publicatie van het CIS: Hoop voor Israël, Perspectieven uit Handelingen, door ds. H. de Jong in het Nederlands Dagblad van vrijdag 26 oktober.

Onder leiding van Koert van Bekkum, adjunct-hoofdredacteur van het Nederlands Dagblad, gingen vier personen met elkaar en met de zaal in debat. Hun gedachten kunt u ook elders op deze site vinden. (klik op de naam!)


de 4 sprekers


Hieronder vindt u een kort verslag dat in het ND stond naar aanleiding van deze avond. Elders op de website vindt u de tekst van de inleidingen van drs. De Jong, drs. Mulder, ds. Poot en prof. Van Houwelingen. Hieruit blijkt dat er naast verschillen ook overeenkomsten zijn, vooral in het verlangen om recht te doen aan Gods Woord.
De tijd ontbrak om al te diep op de teksten in te gaan. Daarom zijn de sprekers overeen­gekomen, dat er een vervolg op deze avond zal komen. Dat is inmiddels gebeurd: er was een vervolg-bijeenkomst op 29 september 2008.



Verslag uit het ND van het debat over verbondenheid met Israël, gehouden op 4 dec. 2007 in de CHE. Geplaatst op woensdag 5 december 2007; met toestemming overgenomen


Rond Israëltheologie hangt een aureool

door redacteur Wim Houtman

foto van de bijeenkomst

Over Israël gaan lezers van het Nederlands Dagblad steeds weer heftig in discussie. Gelden Gods beloften nu nog voor het Joodse volk? Wordt heel Israël eens behouden? De krant hield er giste­ren een debat over.


EDE - Graag een nuchterder visie op Israël, bepleitte ds. Henk de Jong gisteravond. De Israël­theologie hangt een roman­tiek rondom het Joodse volk waar niemand iets aan heeft. Men verwacht dat God heel Israël redt, en dan krijgt dat volk een “aureool van onschendbaarheid”, zei de Nederlands-gereformeerde emeritus predikant. Maar de voorwaarde voor Israël om genade te vinden bij God is dezelfde als voor alle volken: geloof in Jezus Christus.


De Jong gaf de aftrap voor een lezersdebat van het Nederlands Dagblad, mede georganiseerd door de Christelijke Hogeschool Ede (CHE). Voorzitter ds. Henk Poot van Christenen voor Israël speelde de bal terug. God gaf aardse, concrete beloften voor Israël in het Oude Testament, en daaraan blijft Hij trouw. “Ja, Hij vraagt geloof, maar stel je daar niet te veel van voor. Petrus dacht dat Hij de ‘gelovige rest’ van Israël was, toen Jezus veroordeeld werd, maar dan wordt hij gebroken en hij heeft niets dan lege handen.”


De Jong bespeurde een vorm van vervangingstheologie, al is dat woord niet populair meer, in de Bijbel. Het tienstammenrijk van Israël werd vervangen door het twee­stammenrijk Juda. Jezus zegt dat Gods rijk van Israël zal worden weggenomen en aan een nieuw volk zal worden gegeven. “Er zit een weg in de Bijbel richting Gods koninkrijk. Het ene volk wordt de mens­heid, het ene land wordt de wereld.”


Directeur Michael Mulder van het christelijk-gereformeerde/hervormde Centrum voor Israël­studies had bezwaar tegen De Jongs neiging te ‘vergeestelijken’. Volgens een legerofficier in het publiek heeft Israël zijn oorlog van 1967 in overeenkomst met de oorlogswetten van Deuteronomium gevoerd. Respect voor de rechten van Palestijnen zijn nu overboord gezet. Ds. Poot: “De vreemdeling herbergen mag niet leiden tot de zoveelste moslim­fundamenta­listische staat, die Israël van de kaart wil vegen.”


De Jong vond het typisch ‘hervormd’, om de nadruk te leggen op Gods blijvende beloften. Het antwoord in geloof dat God vraagt, wordt dan “wat op z’n beloop gelaten”. Dan krijg je de volkskerk: Gods heil voor ‘heel de kerk en heel het volk’ - en vandaag ook voor ‘gans Israël’.


‘Gereformeerd’ is om naast de belofte de eis van geloof te benadrukken, aldus De Jong. Hij beleed aanhankelijkheid aan de gereformeerde voorman van eind negentiende eeuw, Abraham Kuyper, die geen volkskerk voorstond, maar een ‘belijdende kerk’.


Ontrouw en trouw

Heel Israël kán tot het volk van God behoren, zei De Jong, want Gods belofte blijft staan. Maar dan moet het wel geloven in Jezus Christus, zoals alle volken.


Maar, zei ds. Poot van Christenen voor Israël, Paulus zegt: ‘zal Israëls ontrouw de trouw van God tenietdoen?’ En God zegt bij Jeremia: ‘als de hemel en de fundamen­ten van de aarde te meten zijn, zal ik het nageslacht van Israël verwerpen’.


Ook Mulder benadrukte Gods trouw. Er is een hang naar geloofservaring vandaag en daarin heeft Israël iets te zeggen. “God heeft zijn verbond niet opgezegd. Dat verbond hangt niet af van ons antwoord. Wie zicht krijgt op Gods blijvende toe­wending naar Israël, raakt meer onder de indruk van Gods trouw, boven menselijke antwoorden uit.”


Nieuwtestamenticus Rob van Houwelingen uit Kampen lanceerde een eigen model voor een Israëltheologie: geen vervanging (de kerk in plaats van Israël gekomen), ook geen inlijving (christenen opgenomen in gelovig Israël), maar vervulling: Israël heeft als zoon van God gefaald, Christus vervult de gehoorzaamheid en rondom Hem groeit een nieuw volk van God.

Wim Houtman