Zie ook de foto’s
Studiereis Jordanië-Israël, 14-25 juni 2010
Jeruzalem,
huis van gebed voor alle volken
Inleiding op het verslag
‘Jeruzalem, huis van gebed voor alle volken’. Dat was het thema van de studiereis die het Centrum voor Israëlstudies organiseerde van 14-25 juni 2010.
De reis begon in Jordanië. We bezochten Pella, de plaats waar volgens oude traditie Joodse volgelingen van Jezus hun toevlucht zochten, na de verwoesting van de tempel. In datzelfde Jordanië spraken we met een predikant die in het Amman van vandaag zijn toevlucht heeft gezocht, omdat er voor hem geen levensruimte meer leek te zijn in het land Israël. Verleden en heden kwamen dicht bij elkaar. Die – soms verwarrende - verbinding van verleden en heden vond op diverse momenten tijdens de reis plaats.
Het hoogtepunt van de studiereis was een gezamenlijk seminar, belegd door het Centrum voor Israëlstudies en het Schechterinstituut in Jeruzalem. Dit instituut verzorgt de theologische opleiding van de rabbijnen van de Conservatieve beweging in Israël. Het was een unieke belevenis om als groep van vijfentwintig Nederlandse, christelijke theologen in gesprek te zijn samen met rabbijnen en rabbijnen in opleiding. Samen deden we de Schriften open en wisselden we onze gedachten uit. Het ging daarbij over het thema: de blijvende plaats van de tempel als huis van gebed in de Joodse en de christelijke traditie. Door de opzet van het seminar vond de uitwisseling niet alleen plaats op intellectueel niveau. Er vonden persoonlijke gesprekken plaats over de beleving van het geloof in de levende God, waardoor het seminar een existentiële ontmoeting werd.
Een verslag van deze reis kan deze persoonlijke ontmoeting niet goed onder woorden brengen. Deze bundel bevat de dagverslagen die door deelnemers aan de reis geschreven zijn en enkele persoonlijke impressies daarna. Ze dienen voor de deelnemers aan de reis om de goede herinnering op te frissen en wellicht kunnen ze ook voor anderen een stimulans zijn om over het thema door te denken.
Er waren niet alleen ontmoetingen met Joden, ook spraken we met Palestijnse christenen en maakten we kennis met hun situatie. Dat gaf eveneens stof tot nadenken, zoals onder meer blijkt uit de persoonlijke evaluatie die Dick Looijen schreef. Zijn samenvattende observaties zijn aan het eind van dit verslag toegevoegd.
In het artikel dat ik schreef voor het blad van de Theologische Universiteit in Apeldoorn, TUA INzicht, heb ik geprobeerd een impressie te geven van de Joods-christelijke ontmoeting die tijdens de reis gestalte kreeg. Ook dat artikel is aan de dagverslagen toegevoegd.
Ik wil de schrijvers hier bedanken voor hun bijdragen, evenals Marsha van Wijhe voor het invoegen van de foto’s en het samenstellen van het gehele verslag. Voor ds. Kees Jan Rodenburg, die bijna zeven jaar samen met zijn gezin in Jeruzalem heeft gewoond en gewerkt voor het CIS, was deze reis een afsluiting en tevens een bekroning van zijn werk. Ik wil hem ook op deze plaats bedanken voor de energie die hij gestoken heeft in de voorbereiding en de uitvoering ervan. Een bijzonder woord van dank is er voor het Interkerkelijk Contact Israël, dat het studieprogramma van deze reis heeft willen subsidiëren.
We hopen dat de ontmoetingen die hebben plaatsgevonden in breder verband vrucht zullen dragen. Ieder zal de indrukken die hij of zij heeft meegekregen en de theologische impulsen die daarvan uitgaan in eigen werkkring verder kunnen uitdragen.
Vanuit het Centrum voor Israëlstudies spreek ik de hoop uit, dat ook de ontmoeting zelf in de nabije toekomst een vervolg zal kunnen krijgen.
De grootste dank komt toe aan de God van Israël, die ons het leven gegeven heeft en ons dit moment heeft doen bereiken.
Michael Mulder